Wat zijn de regels voor bromfietsverlichting?
Op je brommer moet goede verlichting en reflectoren zitten.
Verplicht is :
- om aan de voorkant 1 wit of geel dimlicht te hebben.
- Op de achterkant van je brommer is het verplicht om 1 rood achterlicht , 1 rode refector en 1 rood remlicht te hebben. Dit laatste als de maximale snelheid hoger is dan 25 kilometer per uur.
- Op de zijkant van je brommer 1 ambergele reflector en op de trappers 4 ambergelige reflectoren.
Wat mag wel en wat mag niet?
Wat mag wel en wat mag niet met bromfietsverlichting?
Dimlicht:
- toegestaan: overdag
- verplicht: ‘s nachts of overdag bij slecht zicht.
Vooral bromfietsrijders vallen beter op als ze altijd hun dimlicht gebruiken.
Groot licht:
- mag alleen ‘s nachts gebruikt worden,
- behalve bij tegenliggers of wanneer op korte afstand een ander voertuig wordt gevolgd (dus ook fietsers en bromfietsers).
Dit geldt zowel binnen als buiten de bebouwde kom.
Dagrijlichten:
Zijn bedoeld voor overdag en zijn en de bromfietsverlichting moet naar voren gericht. Ze moeten automatisch worden gedoofd wanneer de dimlichten aan gaan. Dagrijlichten zijn te herkennen aan de lettercode RL op het lampglas.
Mistlichten:
Mogen alleen aan als de weersomstandigheden daar aanleiding voor geven.
- De mistlichten voor mogen alleen branden als er nauwelijks zicht is door mist, sneeuwval of regen.
- Het mistachterlicht mag alleen gevoerd worden bij mist of sneeuwval waardoor het zicht minder is dan 50 meter.
- Bij zware regen mag het mistachterlicht niet gebruikt worden.
Moet altijd gelijktijdig branden met groot licht, dimlicht, stadslicht of mistlicht.
Parkeerverlichting:
Verplicht bij parkeren- of stil staan buiten de bebouwde kom. Dit geldt ‘s nachts èn overdag bij slecht zicht.
Breed- en verstralers:
Deze mogen niet gebruikt worden.